Flesvoeding

Het assortiment aan zuigflessen in de winkels en webshops is … groot! En dat maakt kiezen er niet makkelijker op. Om nog maar te zwijgen van alle tips die je krijgt van je (groot)ouders, vrienden, … Naar wie moet je nu luisteren? Het enige juiste antwoord is …  naar jezelf (én je baby). Maar laten we starten bij het begin: het flesje kiezen. 

Cilindervormig? Dé meest voorkomende en makkelijkste fles om te reinigen.  

Of schuin? Deze helpt soms om spugen te voorkomen, maar is al moeilijker schoon te maken.  

Ergonomisch dan? Deze flesjes zijn leuk en zo ontworpen dat je baby ‘t makkelijker vast kan houden, maar wederom … ook niet makkelijk schoon te maken. En het schoonmaken is toch wel een belangrijke (en misschien zelfs doorslaggevende) factor als je weet hoeveel flesjes per dag je kindje drinkt. 

Vanaf de geboorte tot 9 maanden, gebruik je flesjes met een hoeveelheid van 240 à 250 ml. Daarna, of tijdens het overstappen op vaste voeding, voorzie je er van 330 tot 350 ml. De kleinere modellen van 90 à 150 ml zijn ideaal voor bij de eerste maaltijd, vruchtensapjes of als waterflessen. 

De rubberen spenen. Ze zijn bruin van kleur en soepeler dan siliconenspenen. Daarom zijn ze meer geschikt voor baby’s die moeite hebben met zuigen. Nadelen: ze slijten sneller en smaken wat onaangenaam.  

Siliconen spenen. Dit zijn de meest voorkomende. Ze smaken neutraal en zijn meer bestand tegen het veelvuldig wassen. En omdat ze transparant zijn, is het makkelijk om de melkstroom te controleren. 

Plastic. Onbreekbaar, licht en praktisch. Plastic flessen worden ook gebruikt op de kraamafdeling. Nadelen: bij veelvuldig gebruik en wassen worden de flesjes dof. 

Glas. Een natuurlijk materiaal van farmaceutische kwaliteit dat sterk en goed bestand is tegen hitteverschillen, zoals sterilisatie. Maar glas breekt, dus te vermijden wanneer je kindje zelf begint te drinken. 

Inox. Onbreekbaar, 100% herbruikbaar (en dus duurzaam) én vrij van microplastics. De roestvrijstalen zuigfles is erg in trek bij de eco-bewuste ouders die het beste voor hun baby willen en voor de planeet. 

Alles begint met de melkpoeder die je kinderarts aanbeveelt: die bevat namelijk alle voedingsstoffen en mineralen die je baby nodig heeft. Daarna komt het water. Om de smaak niet te beïnvloeden, kies je best een zo zuiver mogelijk mineraalwater met het label ‘Geschikt voor de bereiding van babyvoeding’, zoals SPA^® Reine. 

Door de unieke samenstelling van SPA^® Reine is het laag in mineralen en zout en dus het perfecte water voor het bereiden van babyflesjes (en voor moeders om borstvoeding te geven). SPA^® Reine is getest en goedgekeurd door iedereen: baby, moeder, maar ook door de Belgische Gezondheidsraad en de Federale Gezondheidsdienst. Lees hier verder voor meer informatie.

Idealiter maak je het flesje steeds op het laatste moment klaar. Lukt dat niet en heb je geen andere keuze, prep het flesje dan op voorhand en zet het onmiddellijk in de koelkast (tussen 2 en 6°C, niet in de koelkastdeur). Geef je baby zijn flesje binnen 12 uur na de bereiding. 

1. Was zorgvuldig je handen en zorg ervoor dat het flesje goed gereinigd is.
2. Giet de juiste hoeveelheid SPA^® Reine in het babyflesje en warm het op (tot max.40°C) in een flessenwarmer of au bain-marie. De microgolfoven is niet ideaal.  
3. Voeg daarna de maatschepjes melkpoeder toe (1 schepje voor 30 ml water), draai de ring op de fles en sluit af met het dekseltje. 
4. Rol de fles daarna tussen je handen. Vermijd schudden, anders komt er lucht en dus klonters in de fles. 
5. Controleer dan de temperatuur van de melk door wat te druppelen op je pols. Niet te warm? Aan tafel! 
6. Na de maaltijd volgt de afwas. Een flessenborstel is een must bij het schoonmaken van het flesje. En hop, weer iets leuks voor op de geboortelijst. 

Kijk hier hoe een kinderverzorgster een babyflesje maakt.

Ziezo, nu ben je helemaal klaar om je kleintje zijn flesje te geven! Wacht tot je baby honger heeft, ga samen zitten op een comfortabele, rustige plek. Plaats het zuigflesje schuin voor je baby’s mond en … laat ‘m lekker zijn gangetje gaan. Alles komt goed. Las af en toe een kleine pauze in, zéker als je kleintje een gulzigaard is. Wat een mooie en lekkere momenten in het verschiet.